Tegen ’s lands beste defensie maakt Anderlecht geen schijn van kans
Als een leeuw zonder klauwen, zo kwam Anderlecht alweer voor de dag in de Brusselse derby (2-0). Union wervelt intussen door de Champions’ play-offs.
De gezellige drukte, de geschiedenis die van het Joseph Marienstadion druipt en vooral die heerlijke sfeer in de zijdelingse tribune. Een avondje Union, dat is telkens weer genieten. Tenzij je RSC Anderlecht bent.
Negentig minuten lang was Besnik Hasi aan het sakkeren. Briesen. Brullen. Zwaaien met de armen. Schudden met het hoofd. Maar wat Hasi ook probeerde, hij kreeg zijn ploeg maar niet mee.
Niet dat alles van paars-witte zijde slecht was in de Brusselse derby. Anderlecht gaf, openingskwartier en eerste goal buiten beschouwing gelaten, weinig weg in de eerste helft. Het voetbalde, mede dankzij enkele goede wissels van Hasi bij de rust, een stuk beter in de tweede helft. Maar dat was het dan ook.
In de zone van de waarheid ontbrak het Anderlecht aan durf. Nooit ontstond het gevoel dat dit paars-wit Union in de problemen kon brengen. Tot frustratie van Hasi en de fans. Toen de 2-0 op het bord stond, klonk er alweer “Wouter Vandenhaute buiten” vanuit het bezoekersvak.
“We creëren geen kansen”, zag Hasi. “Zelfs met een tweede spits hadden we niet de maturiteit om de bal in de box te brengen. We blijven maar dribbelen, sommige jongens lijken de bal wel tot in de goal te willen lopen. Dan is het moeilijk.”
Balverlies Hazard
Op zijn persconferentie was Hasi, die door de nul op negen de slechtst startende coach in de geschiedenis van paars-wit is, al wat gekalmeerd. “Er zijn een paar jongens die ons meer moeten helpen. Vaak zijn dat de jongens die het verschil kunnen maken”, zei Hasi, zonder spelers bij naam te noemen.
Even voordien kreeg hij wel een vraag over Thorgan Hazard, die met balverlies aan de basis van de 1-0 lag en bij de rust werd gewisseld. “Maar dat had niks met zijn balverlies te maken”, aldus Hasi. “Dat kan iedereen overkomen. Intrinsiek is Hazard onze allerbeste speler. Het is wel zo dat we meer van hem verwachten. Maar ik begrijp dat hij lang geblesseerd is geweest en dat hij nog zoekt naar zijn beste vorm.”
Veel tijd is er niet. De komende vier wedstrijden speelt Anderlecht twee keer tegen Antwerp en AA Gent, rechtstreekse concurrenten in de strijd om de vierde plaats, en op 4 mei is er al de bekerfinale tegen Club Brugge.
Net daarom bleef Hasi op zijn persconferentie zo rustig mogelijk. Hij wilde zijn ploeg na een pijnlijke nul op negen niet helemaal kelderen. “We moeten hard zijn voor onszelf. Nul op negen is uiteraard niet genoeg, maar de komende vier matchen worden zeer belangrijk. Ik zie dat we progressie maken. Yari Verschaeren is bijvoorbeeld al stukken beter, meer betrokken in het spel.”
Lichtpuntje
Ook de invalbeurt van de jonge Nathan De Cat was een lichtpuntje in donkere dagen. “We mogen niet de fout maken van hem te verbranden”, sprak Hasi. “De Cat zal nog minuten maken omdat hij dat verdient, maar het is niet de bedoeling om druk op zijn schouders te leggen. Er zijn andere jongens die wél hun verantwoordelijkheid moeten nemen.
“Uiteraard had ik gehoopt dat het sneller beter zou zijn. Maar blessures en de mindere vorm van een paar jongens helpen ons niet. We kunnen niet verwachten dat een jongen als Kasper Dolberg nu al op de top van zijn kunnen speelt.
“De vorm is er niet, maar de wil is er wel. We moeten meer durven, meer voorzetten trappen, meer naar voren spelen. Ik ben ervan overtuigd dat het vertrouwen zal terugkeren van zodra we één keer winnen.”
Automatismen
Wie een goal wil maken tegen Union moet flink zijn best doen. We zijn drie matchen ver in de Champions’ play-offs en Anthony Moris moest zich amper één keer omdraaien.
Kevin Mac Allister, Christian Burgess en Koki Machida: geen defensie in 1A speelt al langer samen. Een ontegensprekelijk voordeel, zulke automatismen. Machida weet blindelings wanneer Burgess in duel zal gaan, of waar Mac Allister zo’n typisch Argentijnse tackle inzet. Moris kan op automatische piloot uitvoetballen naar de mannen voor hem. Het maakt dat Ross Sykes of, zoals zaterdagavond, Fedde Leysen probleemloos kunnen inspringen.
“Het is uniek om vijf verdedigers te hebben die er zoveel plezier uit halen”, vertelde coach Sébastien Pocognoli. Union heeft veruit de beste defensie van het land. Het slikte in de reguliere competitie 25 goals in 30 matchen. Zelfs Club Brugge (36) en Racing Genk (33) deden het op dat vlak een pak slechter.
Moris pakte al zijn vijftiende clean sheet dit seizoen. Het zegt veel over de oerdegelijke defensie die voor zijn neus staat. Tegen Anderlecht hoefde Moris haast niets op te knappen. Eén halve kans voor Dolberg, voorts trapte paars-wit niet op doel. AA Gent kreeg evenzeer geen voet aan de grond.
Union houdt de tegenstander met zijn hoge defensieve lijn ver weg van de eigen goal. Het maakt het veld klein. En lange ballen, die lusten de ervaren rotten rauw.
Een goede defensie wint ook wedstrijden wanneer het aanvallend niet loopt. Het is een beetje het verhaal van Union dit seizoen. Achterin staat het al sinds speeldag één als een huis, de aanvallers zijn wat later pas gaan renderen. “Die soliditeit toen heeft ons gebracht waar we nu staan”, besefte Pocognoli.
Met zo’n verdediging kun je naar de oorlog. Te beginnen volgende week in Genk en nadien in de dubbele clash met Club Brugge.
Lees ook
Geselecteerd door de redactie