Direct naar artikelinhoud

Mussolini-expert waarschuwt voor het nieuwe fascisme: ‘Ik geloof niet in de gekte van Trump of Musk’

Antonio Scurati: ‘De gerechtelijke autoriteiten van Milaan hebben zich ernstige zorgen over mijn veiligheid gemaakt.’
Antonio Scurati: ‘De gerechtelijke autoriteiten van Milaan hebben zich ernstige zorgen over mijn veiligheid gemaakt.’Mattia Zoppellaro

Van Antonio Scurati’s magistrale romancyclus M verschijnt ‘heel binnenkort al’ het vijfde en laatste deel. De Morgen mocht de schrijver exclusief interviewen. Een gesprek over draaikont Mussolini, een Europees leger en de VS. ‘Het kadaver van het fascisme is nog altijd onder ons.’

Dat zijn naam niet voorkomt op een van de naamplaatjes die onder de bel hangen, verbaast me niks. De schrijver moet zich tegenwoordig een beetje verdekt opstellen. Na die rel met premier Giorgia Meloni van bijna een jaar geleden (waarover straks meer) is hij een schietschijf van de neofascisten geworden. Libero, een regeringsgezinde krant, publiceerde zijn foto op de voorpagina, onder de vette titel: ‘L’uomo di M.’

Dat was niet alleen een verwijzing naar zijn romancyclus over Benito Mussolini – vijf kloeke delen onder de titel M – maar ook een regelrechte belediging. Elke Italiaan weet dat uomo di merda werd bedoeld: strontvent. Enkele ­dagen later vonden ze zakjes met gedroogde stront op de binnenkoer van het palazzo waar hij met zijn vrouw en twee dochters woont.

Leunend tegen de gevel van het appartementsgebouw stuur ik hem een whatsapp­bericht: ‘Arrivato.’ Op hetzelfde moment komt hij aangelopen. Slome tred, zwart windjack op een blauwe jeans, handen in de zakken, zonnebril op de neus − hoewel de laaghangende wolken geen straaltje zonlicht doorlaten. Het is grijs en koud in Milaan, maar zijn handdruk is warm: “Piacere, Antonio Scurati.”

‘Giorgia Meloni en haar partij wilden zonder schaamte kunnen zeggen: ‘Mussolini heeft ook goeie dingen gedaan voor Italië.’’Imageselect

Zijn schrijfstudio ligt op de benedenverdieping: twee hoge muren vol boekenplanken, een tafel met XL-computerscherm in het midden, een zwartlederen driezit in de hoek. Bij het raam een roeitrainer – die zal van pas zijn ­gekomen. In tien jaar schreef Antonio Scurati hier een reeks van vijf ‘documentaire romans’ met Benito Mussolini, de uitvinder van het ­fascisme, in de hoofdrol. Zo’n drieduizend bladzijden in totaal.

Het eerste deel kwam in 2018 uit in Italië, onder de titel M. De zoon van de eeuw. Het laatste deel verschijnt binnenkort. In Italië werden al meer dan een miljoen exemplaren van de serie verkocht. Buiten Italië verscheen ze in meer dan veertig vertalingen.

Is het louter toeval dat u M op deze plek hebt geschreven? Of heeft deze locatie een speciale betekenis in de geschiedenis van het fascisme?

“Het is toeval. We verhuisden met ons gezin, ik zocht een schrijfplek in deze buurt, en ik kwam hier terecht. Maar het is ook wel een symbolische locatie. Op tien minuutjes lopen hiervandaan ligt Piazzale Loreto, het plein waar de dode lichamen van Benito Mussolini en zijn minnares Clara Petacci op 29 april 1945 ondersteboven werden opgehangen, nadat ze een dag eerder in een dorp bij het Comomeer door partizanen ­waren geëxecuteerd. Ik heb mijn verhaal geschreven vlak bij de plek waar het is geëindigd.”

Bent u het afgelopen decennium nog met iets anders bezig geweest dan met de lotgevallen van Mussolini?

“Jazeker. (zucht) Ik moet oeverloos blijven herhalen dat ik niet alleen schrijver ben, maar evenzeer prof en onderzoeker aan de universiteit (de IULM in Milaan, red.). Om de andere dag krijg ik de vraag: waarom blijf je dat doen, je hebt het toch niet meer nodig? Het antwoord is: omdat het deel uitmaakt van mijn parcours als schrijver, omdat het er onlosmakelijk mee verbonden is.”

Welke vakken doceert u?

“Creatief schrijven en vergelijkende literatuurstudie. Een van mijn cursussen is getiteld ­Raccontare la guerra: de oorlog vertellen. Daarin vergelijk ik de grote oorlogsverhalen uit de literaire traditie – van Homerus tot Cormac McCarthy – met de oorlogsverslaggeving in de audiovisuele en de digitale media van vandaag.

“Enkele weken geleden heb ik een essay ­geschreven voor de krant La Repubblica waarin ik uitleg dat wij in Europa geen oorlogscultuur meer hebben, en wat daarvan de consequenties zijn. Wij praten nu wel veel over de noodzaak van een Europees leger, maar wie zal onze oorlogen op het terrein uitvechten? We hebben geen soldaten meer die daarop voorbereid zijn.

‘Trump en Musk zijn een genetische mutatie van het fascisme die we nooit eerder hebben gezien - een kruising van Mussolini en Dr. Strangelove.’Mattia Zoppellaro

“En waarom? Omdat wij, na twee verschrikkelijke wereldoorlogen op ons continent, de oorlog als episch idee, als symbolisch ritueel, als generator van betekenissen, hebben opgegeven. ‘Nooit meer oorlog’ hebben we besloten. De bereidheid en de paraatheid om onze ­Europese politieke ruimte, onze democratie, onze tradities en onze waarden desnoods ­gewapenderhand te verdedigen, is weg.

“In Italië is mijn essay compleet verkeerd ­begrepen. Men dacht dat ik heimwee had naar die oorlogscultuur. Ik kreeg van iedereen op mijn kop, van extreemrechts tot pacifistisch links. Uiteindelijk moest ik een nieuw artikel schrijven om het toe te lichten.”

Waarin u pleit voor een ‘defensief’ Europees leger. Wat moeten we daaronder verstaan?

“Een leger dat niet aanvalt maar verdedigt. Een leger waarmee we de Europese democratie en de Europese waarden verdedigen. Een vredes­leger, in feite, dat alleen wordt ingezet waar het nodig is: in Oekraïne, dus. Ik pleit al jaren voor een Europese defensie. Ik was er al mee bezig toen niemand dacht dat het nog ooit nodig zou zijn om aan defensie en oorlog te dénken.”

U houdt er naar eigen zeggen niet van om commentaar bij de actualiteit te leveren, maar u laat er zich steeds vaker toe verleiden.

“Door die romancyclus over Mussolini ben ik iets anders geworden dan alleen schrijver of prof: een publieke intellectueel. Vanuit alle ­hoeken van de wereld word ik gevraagd mijn ­inzichten te delen over het opflakkerende ­populisme. Men ziet me als een autoriteit, een gids die klaarheid kan brengen in verwarrende tijden, in een wereld die steeds onzekerder en duisterer aanvoelt.

“Dat brengt verantwoordelijkheden met zich mee waaraan ik niet meer kan ontsnappen. Ik kan niet meer de schrijver zijn die op een zolderkamertje zit weg te dromen naar een andere, louter fictieve wereld. En ik wil er ook niet aan ontsnappen. Ik probeer het gat te vullen dat aan de linkerzijde van het politieke spectrum is ontstaan ten gevolge van de crisis van links, de neergang van de linkse partijen.

“Ook al heeft dat consequenties voor mij persoonlijk. In de rechtse Italiaanse media word ik doorlopend aangevallen, snoeihard, als ware ik een politiek leider. Wat ik niet ben en niet zal worden, ook al wordt er vanuit de politiek aan mij getrokken.”

Had u dit kunnen bevroeden toen u aan M begon?

“Absoluut niet. Toen ik vijftien jaar geleden op het onderwerp begon te studeren en ruim tien jaar geleden aan M begon te schrijven, leek het een folie. Een romancyclus met Mussolini als hoofdpersonage, opkomst en ondergang van het fascisme verteld van binnenuit: wie waagde zich aan zo’n bizarre onderneming? Had ­Scurati soms het zot in de kop gekregen?” (lacht)

Ja, hoe kwam u eigenlijk op het idee?

“Ik was voor de zoveelste keer naar de beroemde balkonscène van 10 juni 1940 aan het kijken: de speech waarin Mussolini, vanaf het balkon van Palazzo Venezia in Rome, de oorlog aan Frankrijk en Engeland verklaarde. Ik dacht: over deze man zijn bibliotheken volgeschreven, maar nog nooit heeft een schrijver hem opgevoerd in een roman, de populairste en toegankelijkste literaire vertelvorm, de meest invasieve, onthullendste en intiemste.

Met Hitler circa 1930. Scurati: ‘Verrassend genoeg is Mussolini vandaag veel relevanter.’Gamma-Keystone via Getty Images

“Ik wist natuurlijk wel waarom: omdat het een onuitgesproken taboe was. In Italië hebben wij de geschiedenis van het fascisme altijd ­vanuit het gezichtspunt van het antifascisme verteld, vanuit het standpunt van de slachtoffers van het fascisme. Onze republiek, onze ­instellingen, onze hele naoorlogse cultuur en beschaving zijn erop gebaseerd. Het antifascisme is onze stichtingsmythe.

“Dat was belangrijk, en bovenal rechtvaardig, maar het liet een fundamentele kwestie in de schaduw: dat wij, Italianen, fascisten zijn geweest. Dat wij, Italianen, het fascisme hebben uitgevonden. Het fascisme is en blijft de cruciale politieke gebeurtenis uit onze moderne geschiedenis. En Mussolini was daarvan, tragisch genoeg, het hoofdpersonage. Dit gezegd zijnde: voor mij was M in eerste instantie een groot en ambitieus literair project. Het plan was niet om het verleden in het heden te laten herleven.”

En toch was dat precies wat er gebeurde. In 2018, net nadat het eerste deel van M was verschenen, haalde Fratelli d’Italia, de partij van Giorgia Meloni, de partij met wortels in het neofascisme, 4,4 procent bij de verkiezingen. In 2022, toen het derde deel verscheen, werd ze met 26 procent de grootste partij in het parlement.

“En nu worden mij profetische gaven toe­gedicht. Dat streelt natuurlijk de ijdelheid. Het doet denken aan de boutade van Louis-­Ferdinand Céline (de Franse schrijver van ‘Reis naar het einde van de nacht’, 1894-1961, red.), die zei dat schrijvers als Siberische sledehonden moeten zijn, die zelfs te midden van een sneeuwstorm, wanneer wij geen hand voor onze ogen zien, de rand van het ravijn ruiken.”

Ik lees steeds meer heden in het verleden dat u in M oprakelt. Ook weer in het vierde deel, Het uur van de waarheid, dat zopas in het ­Nederlands is vertaald. Daarin gaat het over hoe Mussolini zijn land en zijn volk in een reeks waanzinnige, verwoestende, suïcidale oorlogen stort. Vandaag leven we tot onze verbijstering opnieuw in een oorlogsklimaat. U lijkt wel een politieke helderziende.

“De waarheid is dat ik dat allerminst ben. Ik ben gewoon een vlijtige onderzoeker. Ik ­studeer, ik vang bepaalde signalen op, ik leg verbanden en zet de dingen in een historische context. Dat is alles.

(denkt na) “Wij kijken tegenwoordig met een bijziende blik naar de wereld. We zitten met onze neus op de actualiteit, op de gebeurtenissen, op het heden. Het verleden hebben we in een archief gestopt, waaruit we af en toe een fragment tevoorschijn halen. En in dit digitale tijdperk is dat archief een beeldarchief geworden. Onze tijdsbeleving is een aaneenschakeling van schokkende beelden.

“Met andere woorden: wij leven in een ­posthistorische tijd. Daarin ligt volgens mij de verklaring voor het succes van mijn M-boeken: bij mij vinden de lezers dat historisch perspectief terug. Ze kunnen mijn romans over het verleden gebruiken om zich in het heden te oriënteren.”

Van bij de verschijning van het eerste deel van M – De zoon van de eeuw - hebt u altijd het verschil tussen het fascisme van Mussolini en het hedendaagse populisme benadrukt. Is er sindsdien iets veranderd? Is het populisme richting fascisme opgeschoven? Heeft het er steeds meer trekken van overgenomen?

(denkt na) “Ja, de afstand tussen de twee is ­kleiner geworden. Ik heb altijd gezegd dat het gebruik van geweld het grote verschil is. Fysiek geweld, bedoel ik, want verbale agressie is een wezenstrek van zowel fascisme als populisme. Maar dodelijk geweld – politieke moord, bloedbaden aangericht door knokploegen, doods­eskaders en bommenleggers – was hét machtsinstrument van het fascisme. En dat geweld is de jongste jaren onmiskenbaar toegenomen in ­landen die door populisten worden geleid.

‘Mussolini was een hol vat dat zich met de laagste instincten van het volk vulde: angst, wrok, chagrijn. En hij bedroog en verraadde iedereen’

“Oorlogsgeweld en staatsterrorisme – denken we maar aan het Israël van Netanyahu –, ­geweldpleging en dreiging en chantage met ­geweld: dat zit nu allemaal in het afschrikkingspakket van het extreemrechtse populisme.”

Je vraagt je af wanneer de eerste politieke moord in het Amerika van Donald Trump zal plaatsvinden.

“Die is al gebeurd, op de dag dat mijn jongste dochter werd geboren: 6 januari 2021. Bij de bestorming van het Capitool door Trump-aanhangers vielen vijf doden en meer dan honderd gewonden. Wat ik altijd heb gezegd: wacht niet tot fascistisch geweld zich in traditionele vorm aandient. Wacht niet op gewapende milities in zwarte hemden die de straat opgaan, de fascistische groet brengen en tegenstanders afmaken. De dreiging is er al, in een nieuwe gedaante.

“Het zijn de hybriden van het traditionele ­fascisme en het hedendaagse populisme, de mutanten die we niet zo makkelijk herkennen, die het grote gevaar vormen. Kijk naar Trump en Musk. Zij zijn een genetische mutatie van het fascisme die we nooit eerder hebben gezien. Een kruising van Mussolini en Dr. Strangelove (uit de gelijknamige film van Stanley Kubrick, 1964, red.). Zij bedreigen de liberale democratie veel meer dan folkloristische gezelschappen als de Proud Boys en de Oath Keepers – dat zijn de Illinois-nazi’s uit The Blues Brothers (met Dan ­Aykroyd en John Belushi, 1980, red.).”

Donald Trump en Elon Musk vormen een ­populistische tandem die we, zacht uit­gedrukt, moeilijk kunnen inschatten. Dagelijks worden we geschokt door uitspraken of maatregelen die niemand zag aankomen. Elke vorm van rationaliteit of politieke logica lijkt zoek. Volgens journalist Michael Wolff, auteur van vier boeken over Trump, mogen we ervan uitgaan dat de Amerikaanse ­president een narcistische gek is. Gelooft u dat ook?

“Nee, ik denk dat het een grote vergissing is om dat te geloven. Van Mussolini werd in het begin van zijn carrière, toen hij nog een socialist was, ook gezegd dat hij gek was. In Romagna, de streek waar hij vandaan kwam, noemden ze hem il matto. (Matto betekent gek, red.). En toen Mussolini Hitler voor het eerst had ontmoet – in 1932, in een villa in Feltre nabij Venetië – en zijn medewerkers hem vroegen hoe het gegaan was, zei hij: ‘Die vent is gek.’

“‘Gek’ is de karaktertrek die we autoritaire, charismatische leiders nogal gemakkelijk toedichten. Waarom? Omdat zij de wereld zoals we hem kennen laten ontploffen. Omdat ze komaf maken met onze politieke automatismen en onze denkpatronen, met de conventies en de consensus. Omdat ze alle vormen van respect en overleg in een democratische samenleving, en alle vormen van empathie met de zwakkeren overboord gooien.

“Ik geloof niet in de gekte van Trump of Musk. Ik geloof dat hun dagelijkse verbale ­aanvallen op de redelijkheid en het gezond verstand, op de moraal en de beschaving, ­louter tactiek zijn. Een uitgekiende tactiek, aangepast aan de manier waarop we vandaag, in het digitale tijdperk, communiceren. Ze sturen tien schokkende boodschappen per dag uit − tien radicale afrekeningen met het verleden, tien brutale aanvallen op hun interne vijanden en op de internationale wereldorde – en vervolgens bestuderen ze de effecten ervan. Welke boodschap pikken de algoritmes het meest op? Welke boodschap veroorzaakt de meeste ­controverse, genereert de meeste likes?

Benito Mussolini spreekt de menigte toe in Rome, 9 mei 1936.Corbis via Getty Images

“Dat hun boodschappen aaneenhangen van leugens en fakenieuws, is al lang geen probleem meer. Zij weten dat met rationale analyse, met argumentatie en expertise, hooguit een van die boodschappen doorgeprikt en weerlegd zal worden. De negen andere passeren zonder noemenswaardige tegenspraak. Dat is de strategie.”

Maar het leidt tot een chaos van jewelste. Waarmee vergeleken het fascisme een strakke, samenhangende ideologie was.

“Ook dat is een misvatting. Ook Mussolini had geen ideologie, geen doctrine, geen overtuiging en nog minder principes. Het fascisme was in oorsprong louter pragmatisme, cynisme en ­berekening. Wat Mussolini ‘de tactische suprematie van de leegte’ noemde. De fascisten hadden een bloedhekel aan politieke theorieën en electorale programma’s. Quella roba, noemden ze dat: die rommel, die onzin. Het fascisme was louter praktijk, pure strijd tégen de politiek en de ideologie. Antipolitiek.

“Mussolini was een hol vat dat zich met de stemmingen van het volk vulde. Niet met ideeën, niet met gevoelens, maar met de laagste instincten: angst, wrok, chagrijn. En hij bedroog en verraadde iedereen, inclusief zichzelf.

“Hitler was een beetje anders. Die heeft bij zijn rancune en zijn vijandbeeld, een ideologie en zelfs een esthetiek verzonnen. Zijn volk in uniformen gestoken. Zijn land in een vechtmachine en een vernietigingsmachine veranderd. In de naoorlogse beeldvorming was Hitler veel belangrijker dan Mussolini: de charismatische leider met zijn antisemitische obsessie en zijn bijna metafysisch fanatisme, de duivel in ­persoon, de ergste ooit.

“Maar verrassend genoeg is Mussolini vandaag veel relevanter en actueler dan Hitler. ­Mussolini de improvisator, de draaikont en de ijdeltuit, met zijn vulgariteit, zijn misogynie en zijn benepenheid: hij is het model van de hedendaagse populisten, in Italië en daarbuiten. Ik moet nu spontaan denken aan Steve Bannon, de eerste spindoctor van Trump, die onlangs ook vond dat hij de Romeinse groet moest brengen. Hoe hij daar stond, met zijn vettig haar, in zijn verkreukte kleren, als een morsige kwakzalver. Zo kan de moderne fascist er dus ook uitzien.”

Het minste wat we van Giorgia Meloni kunnen zeggen, is dat ze een ander type is. Een sterke man in vrouwelijke vorm?

“Die spreekwoordelijke sterke man hoeft niet noodzakelijk een man te zijn, hè. Giorgia ­Meloni is erin geslaagd om zich als een gematigde leider te profileren. Dat is een vals beeld, een imago dat ze met succes heeft gecreëerd. In Italië weten we dat ze een harde illiberaal is. Dat kunnen we opmaken uit haar woorden én haar daden. Op YouTube kun je beelden terugvinden van verkiezingsbijeenkomsten van Fratelli d’Italia, waarop je haar hoort en ziet bulderen: ‘Io sono Giorgia, sono una madre, sono una donna, sono Italiana e cristiana… (‘Ik ben Giorgia, moeder en vrouw, Italiaanse en christen…’, red.) Waarin ze doet wat alle populistische leiders doen: haar leiderschap personaliseren, haar politieke universum tot haar persoon herleiden. Io, io, io. Wat Mussolini honderd jaar geleden ook deed: zijn persoon, zijn lichaam als politiek lichaam inzetten.

‘Wij kijken nu met een bijziende blik naar de wereld. We zitten met onze neus op de actualiteit. Het verleden hebben we in een archief gestopt’

“Maar zoals ik zei: dat lichaam hoeft geen mannelijk lichaam te zijn, geen machtig of geen mooi lichaam. Het is geen kwestie van raffinement, elegantie of esthetiek. Het lichaam van Trump is ook een lichaam zonder gratie, opgeblazen en vulgair. De verleidingskracht zit niet in het lichaam, maar in het idee erachter: het reduceren van de complexiteit van de ­wereld en het leven tot één persoon. Dat is de belofte van populisme: alles wat wij, burgers, moeilijk vinden, ondraaglijk, onhoudbaar, wordt tot iets simpels herleid. Alle problemen worden één probleem, dat probleem heeft een oorzaak, die oorzaak is een vreemdeling, en de oplossing van het probleem kan maar van één persoon komen: de leider.”

En het werkt. De populariteit van Meloni is voorlopig nog niet tanende.

“Klopt. De verschrikking van het populisme ligt niet alleen in de brutaliteit, maar vooral ook in de populariteit ervan. Wanneer de populistische brutaliteit, zoals de fascistische brutaliteit honderd jaar geleden, een breed gedragen ­politiek verlangen wordt, een kordate oplossing in de ogen van miljoenen mensen. Als heel veel mensen zo hard in de belofte van het populisme gaan geloven, dat ze bereid zijn het geweld erbij te nemen. Als zelfs mensen die niet brutaal zijn, die zelf nooit geweld zouden gebruiken, de ogen sluiten en de andere kant opkijken.

“In Italië zegt Meloni: we pakken al die ongewenste vreemdelingen op en we voeren ze naar Albanië, opgelost. Uiteraard is dat te simpel om waar te zijn, uiteraard zal het niet werken. Maar wat wij ook zeggen – onzin, gelogen! – Meloni zal blijven winnen, op basis van die belofte.”

Op 25 april 2024, Bevrijdingsdag in Italië, zou u op de RAI een monoloog voordragen ter herdenking van Giacomo Matteotti, de ­socialist die in 1924 op bevel van Mussolini werd vermoord. De monoloog werd ‘om inhoudelijke redenen’ geschrapt – lees: gecensureerd. Meloni liet op Facebook fijntjes weten dat de echte reden was dat u te duur was: u vroeg 1.800 euro honorarium…

“Met Trumpiaans cynisme… (zucht) Moeten we het daar echt nog over hebben? Mijn tijd is ­kostbaar. Of liever: kostelijk.” (lacht)

Zijn er sindsdien nog aanvaringen geweest?

“Niet met de premier persoonlijk. Maar haar medestanders in de media blijven me wel ­aanvallen, met platte, populistische argumenten en veel verbaal geweld.”

Bent u er ondertussen aan gewend?

“Nee, het blijft opletten. Verbaal geweld kan tot fysiek geweld leiden. In Italië spreek ik daar niet over, maar tegen een buitenlandse journalist kan ik het wel zeggen: de gerechtelijke ­autoriteiten van Milaan maakten zich op een bepaald moment ernstige zorgen over mijn ­veiligheid. Ze hebben overwogen mij onder permanente beveiliging te stellen. (stilte) Tja, ik heb het verbrod, hè, voor Meloni en de haren.’

Hoe bedoelt u?

“Een belangrijk politiek doel van Meloni en haar partij, Fratelli d’Italia, was het herschrijven van de fascistische geschiedenis en het ­gedeeltelijk rehabiliteren van Mussolini. Zodat ze zonder schaamte konden zeggen: ‘Mussolini was misschien geen heilige, maar hij heeft ook goeie dingen gedaan voor Italië.’

“Door de impact en het succes van mijn ­boeken is dat heel moeilijk geworden. Ik heb duidelijk gemaakt dat Mussolini de schandvlek van Italië is, dat hij helemaal niet van zijn land en zijn volk hield, dat hij zijn tegenstanders liet doodknuppelen en zijn medestanders de oorlog in joeg. Ik heb de rehabilitatie quasi onmogelijk gemaakt. Dat zullen ze mij niet gauw vergeven.”

Wanneer verschijnt het laatste deel van M?

“Heel binnenkort al. Ik heb een sprintje getrokken. Op 25 april vieren we in Italië de 80ste verjaardag van de bevrijding, tegen die datum zal M. La fine e il principio in de winkel liggen. (‘Het einde en het principe’, voor de Nederlandse vertaling is er nog geen publicatiedatum, red.). Het einde is verschrikkelijk, moet ik waarschuwen. Mussolini wordt een handpop van Hitler, hij faciliteert de bezetting van Italië door de nazi’s, hij orkestreert een gruwelijke, bloedige burgeroorlog tussen fascisten en partizanen, hij laat Italië zijn donkerste dagen beleven.

ullstein bild via Getty Images

“Ik vertel het verhaal vanuit Milaan. Daar vond het fascisme zijn oorsprong en kende het zijn afloop. In de lange eindfase van de Tweede Wereldoorlog ging de stad onder de naziterreur gebukt, zeshonderd dagen lang. In elke grote straat was een kantoor waar ze mensen ondervroegen, een kamer waar ze mensen martelden en een muur waartegen ze mensen executeerden. Mussolini zat ondertussen in Salò aan het Gardameer, alleen nog vergezeld van zichzelf.

“Ik heb me in dat laatste deel iets meer ­literaire vrijheden gepermitteerd. Het is een bijna dystopische roman geworden, gesitueerd in een schemerwereld. Milaan is een apocalyptisch wasteland, een stadswoestenij waar de eeuwige duisternis lijkt te heersen. En ineens is daar de bevrijding. Ineens, bijna miraculeus, breekt het licht door. Het licht van de hoop en de toekomst.”

En ineens hangen de dode lichamen van Mussolini en drie van zijn laatste getrouwen ondersteboven op Piazzale Loreto te bungelen.

“Dat gebeurde op die plek omdat de nazi’s er een jaar eerder vijftien partizanen hadden ­geëxecuteerd. Hun lichamen bleven een dag liggen en de bevolking van Milaan werd erlangs gejaagd ter afschrikking, om de verzetsmoraal te breken. Hetzelfde gebeurde met het kadaver van Mussolini, het bleef daar een dag hangen, tot het onherkenbaar verminkt was.

“Ik zou het nog niet mogen verklappen, maar ik doe het toch: het laatste deel bevat een uitgebreide appendix waarin ik vertel wat er van al de personages uit M – de medestanders van Mussolini uit alle vijf de delen – is geworden. Sommigen zijn gesneuveld in die apocalyptische finale, maar velen hebben het overleefd en hebben na de oorlog nog een tweede leven ­gehad. Sommigen zijn in de anonimiteit verdwenen, maar velen zijn actief gebleven in de organen van de Italiaanse staat, in het leger, de politie en de magistratuur. Sommigen hebben het fascisme de rug toegekeerd, maar velen hebben hun overtuiging behouden, hebben mee aan de wieg gestaan van neofascistische partijen en groepen, en leggen tot vandaag een schaduw over de Italiaanse politiek. Het kadaver van het fascisme is nog steeds onder ons.”

En hoe bevalt het leven zonder Mussolini?

“Ik ben nog niet van hem af, vrees ik. Ik zal nog vaak over hem moeten praten. (denkt na) In tegenstelling tot wat sommige van uw collega’s, fellowtravellers van extreemrechts, beweren, ben ik nooit geobsedeerd geraakt door ­Mussolini. Het schrijven van deze romancyclus is een zware klus geweest die me op bepaalde momenten heeft gedestabiliseerd, die me op de rand van de uitputting heeft gebracht, maar ik heb altijd afstand kunnen bewaren.

“En ik ben nooit in een mythe gaan geloven. Ik heb altijd bezwaar aangetekend als Mussolini en het fascisme als een komedie werden afgeschilderd, als een typisch Italiaanse groteske, als commedia dell’arte. Néé! Het fascisme was een verschrikkelijke politieke tragedie, er was niets lachwekkends aan. En Mussolini was geen grappenmaker, hij was iemand met een buitengewone, dodelijke politieke intelligentie. En ­bovenal was hij een tragische figuur. Ondanks mijn gezonde afkeer van het fascisme geloof ik dat ik mijn personages met de nodige nuance en het nodige mededogen heb neergezet, con pietà, zelfs Mussolini. Het is nooit persoonlijk geworden tussen ons. Het was een louter ­literaire samenwerking waar ik met voldoening op terugkijk.”

Help ons door uw ervaring te delen: