Op weg naar de hel: ‘Als de Russen een rood kruis zien, vallen ze meteen aan’

Reportage

Op weg naar de hel: ‘Als de Russen een rood kruis zien, vallen ze meteen aan’

De oorlog in Oekraïne gaat zijn vierde jaar in. Het FD reisde met een konvooi van hulporganisatie Protect Ukraine door het land, en zag hoe de verbittering toeneemt. ‘Het doden van Russen is als het doodslaan van vliegen: er zijn steeds weer nieuwe.’

In het kort

  • Sinds Rusland op 24 februari 2022 hun land binnenviel zijn vele tienduizenden Oekraïense soldaten en burgers en een onbekend aantal Russen omgekomen.
  • Protect Ukraine levert medische hulpmiddelen en voertuigen en bezorgt ze bijna aan het front.
  • De door alle leed geharde Oekraïners snakken naar het einde van de oorlog, maar zijn niet gerust op de intenties van Donald Trump.

29 januari, Lviv

In een uithoek van de overvolle militaire Heldenbegraafplaats in Lviv hebben grafdelvers twee nieuwe kuilen in de donkere aarde gegraven. Hoeveel er nodig zijn, verschilt per dag. ‘De ene dag twee, de ander drie, een enkele keer geen’, zegt de oudste, leunend op zijn schop.

Terwijl de mannen uitrusten, verzamelen zich beneden bij de ingang familie en vrienden van een gesneuvelde militair. Na het Oekraïense volkslied en saluutschoten zet een lange stoet zich zwijgend in beweging. Zes soldaten dragen de kist. Daarachter een jonge vrouw, aan elke hand een kind.

Wie wil begrijpen hoe Oekraïners zich na drie jaar oorlog voelen, moet de kerkhoven bezoeken. President Volodymyr Zelensky zei in december dat sinds de invasie 43.000 soldaten zijn gesneuveld. Misschien zijn het er wel meer. De dood is overal in Oekraïne.

Op Google Earth is de Heldenbegraafplaats nog altijd een leeg grasveld. De satellietfoto is van voor de oorlog. Nu liggen er meer dan duizend militairen. Op hun graven wapperen Oekraïense vlaggen, aan de kruisen hangen foto’s. Ogen staren de bezoeker aan.

In de uithoek van het kerkhof zakt de kist de diepte in. Het is doodstil als een jonge vrouw een melancholiek lied zingt. Dan gaan de grafdelvers aan het werk. Donkere aarde valt met een plof op de kist.

Yevgen, een kleine dertiger die in de grensregio Koersk tegen de Russen vecht, kijkt van een afstand toe. Hij is met verlof en bezoekt het graf van zijn broer. ‘Ik vraag me af of jullie in het Westen wel doorhebben hoe gevaarlijk Poetin is.’ Er klinkt frustratie in zijn stem.

Foto: Eddy van Wessel voor het FDFoto: Eddy van Wessel voor het FD

Grafdelvers vullen de verse graven met aarde op de militaire begraafplaats van Lviv, terwijl een vrouw een melancholiek lied zingt.

Een grafkruis voor de 37-jarige marinier Marjan Loetsjkiv. Hij sneuvelde op 25 januari in de regio Donetsk.

De zoon van de gesneuvelde militair loopt met zijn moeder achter de kist.

Drie dagen eerder, Twente

Aan een lange houten tafel in een monumentale boerderij luisteren achttien chauffeurs naar de laatste instructies van Jaap Scholten, schrijver en oprichter van Protect Ukraine. Voor de deur staan vijf jeeps, drie ambulances, een busje en een witte vrachtwagen met een rood kruis, bestemd voor het Oekraïense leger.

De sfeer is uitgelaten, net als voor een schoolreis. Dat is het niet, zegt Scholten. Een jaar geleden gooiden de Russen in Oekraïne een bom op een Frans hulpkonvooi. De mobiele telefoons moeten uit in de buurt van het front. De auto’s worden al in Duitsland elke ochtend gecontroleerd op trackers, losgedraaide bouten en handgranaten — de loopjongens van de Russische geheime dienst FSB kunnen overal zijn.

Op weg naar het oosten, achter het stuur van een legergroene Mitsubishi L200 die enkele dagen later zijn vuurdoop zal krijgen in de Russische regio Koersk, rekent Scholten voor dat zijn negenduizend donateurs sinds het begin van de oorlog €4 mln op tafel hebben gelegd. Zijn organisatie is populair bij ondernemers en investeerders.

Scholten vermoedt dat de Russen wel weten wat hij uitspookt. Dit is zijn zevende konvooi. Protect Ukraine leverde sinds het begin van de oorlog meer dan tachtig auto’s, drieduizend verkenningsdrones en honderden dozen vol medische hulpmiddelen. Veel tourniquets, maar ook luiers, voor soldaten die — Scholten staat erop dat het gruwelijke detail niet wordt verzwegen — ‘in krijgsgevangenschap door de Russen zijn gemarteld en met bezemstelen verkracht’.

Het konvooi legt in twaalf dagen 3300 kilometer af om alles ter plekke te bezorgen. Scholten weet ook wel dat het veiliger is om auto’s op een truck te laden en bij de grens af te leveren. Maar zoals de Oekraïense directeur van een school voor dronepiloten een paar dagen later zal zeggen: ‘Telkens als jullie op bezoek komen, weten wij dat we niet vergeten zijn. Het is alsof iemand een venster opent en er een frisse wind naar binnen waait.’

27 januari, door Polen

De witte vrachtwagen met het rode kruis wordt bestuurd door een 70-jarige man met golvend wit haar. Hij speelde een bijzondere rol in de relatie tussen Nederland en Oekraïne. Als jong diplomaat vloog Hans Wesseling na de onafhankelijkheid van het land in 1992 met een zwart koffertje met $100.000 naar Kiev om er een ambassade te openen.

Turend over de snelweg in het zuiden van Polen zegt hij: ‘Stond ik daar met dat koffertje op het vliegveld. Er was niets geregeld. Ik hield een taxi aan en reed naar Kiev. In het Dnipro Hotel huurde ik vijf kamers op de zesde verdieping.’ Wesseling zou later consul-generaal in Sint Petersburg worden. Zijn hart bleef achter in Kiev. ‘Oekraïners zijn zachtmoediger dan Russen.’

Als het aan zijn vrouw had gelegen, reed hij hier niet. ‘Het is ook niet zonder gevaar. De eerste keer dat ‘s nachts het luchtalarm in Kiev ging, zat ik rechtop in bed.’

Op de weg zag hij de stemming de laatste jaren veranderen. In het eerste jaar na de Russische invasie gingen de duimen in Duitsland en Polen massaal omhoog, nu zien de chauffeurs ook middelvingers. Alsof de uiterste houdbaarheidsdatum van het mededogen met Oekraïne is verstreken.

We passeren de afslag Auschwitz. Het is op de kop af tachtig jaar geleden dat het Rode Leger het vernietigingskamp bevrijdde. Internationale delegaties haasten zich met blauwe zwaailichten door een winters landschap vol kale berken en grijze naaldbomen naar de herdenking.

Dit zijn de bloodlands van Europa zoals de Amerikaanse historicus Timothy Snyder deze Bermudadriehoek van menselijk leed ooit doopte. Polen en Oekraïne kregen de volle laag van Hitler en Stalin. Nergens in Europa was de tol van oorlog en genocide in de jaren dertig en veertig van de twintigste eeuw zo hoog.

Nu is Oekraïne opnieuw aan de beurt. Poetin wil het land dat het waagde om de Russische wereld de rug toe te keren uitgummen.

Foto: Eddy van Wessel voor het FDFoto: Eddy van Wessel voor het FD

Het konvooi van Protect Ukraine staat in de rij voor de Pools-Oekraïense grens.

Een Oekraïense hospik vertelt D66-leider Rob Jetten over de moeilijke omstandigheden waaronder gewonde soldaten aan het front in veiligheid moeten worden gebracht.

Oekraïense militairen worden op een militaire basis bij de Poolse grens getraind in het redden van gewonde kameraden.

28 januari, West-Oekraïne

Als we een dag later de grens oversteken is het eerste dat we in de verte horen het luchtalarm. Welkom in Oekraïne.

Twee uur nadat aan de grens de laatste stempels zijn gezet, draait Scholtens konvooi een enorm oefenterrein van het Oekraïense leger op om twee ambulances af te leveren. Een kolonne jonge soldaten marcheert, begeleid door een roedel nerveus kwispelende zwerfhonden, naar de nagebouwde loopgraven. Dit is een van de plaatsen waar het Oekraïense leger rekruten in 30 tot 45 dagen probeert klaar te stomen voor de oorlog.

In een groene legertent oefenen soldaten in het stabiliseren van gewonden. Geen overbodige luxe. Volgens de arts die de lessen coördineert, Denys Soerkov, vallen er vierhonderd tot zeshonderd gewonden per dag aan Oekraïense kant. Er is een tekort aan hospikken, veel soldaten weten niet wat ze moeten doen als de nood aan de man is.

Soerkov: ‘Van onze gesneuvelden is 90% doodgebloed. Dat heeft alles te maken met de wapens die gebruikt worden.’ Boven het slagveld wemelt het van de kamikazedrones die zich op soldaten storten. Bij elke explosie vliegen de granaatscherven in het rond. Soerkov denkt dat met betere training een groot deel van de soldaten gered kan worden.

Hospik Vitaly, net terug van een maand aan het front bij Charkov, leert soldaten hoe ze collega’s moeten helpen. Opvallend aan het uniform van de twintiger: hij draagt geen rood kruis. Cynisch: ‘Als de Russen een rood kruis zien, vallen ze meteen aan. Een hospik redt levens. Dat maakt hem tot een populair doelwit.’

Vitaly redde er honderd. De zwaarste dag uit zijn leven was 31 januari 2023, toen het bij een uitzonderlijk zwaar bombardement bij het dorp Jampolivka in de regio Donetsk ‘dertig minuten lang Russisch staal op onze hoofden regende’. Hij droeg die dag 23 gewonden te voet van het front naar een medische post.

De oorlog heeft zijn familie verscheurd. Voor de invasie woonde Vitaly in Cherson, de stad die maandenlang door Poetins troepen bezet was. Zijn vader koos de kant van de Russen. Met spijt in zijn stem: ‘Ze boden hem een miljoen roebel (€10.500) en die heeft hij geaccepteerd.’

29 januari, naar Kiev

Wie Kiev inrijdt, een stad met drie miljoen inwoners, heeft niet het gevoel in de hoofdstad van een land in oorlog te zijn. Overal brandt licht, overal zijn mensen op straat. Jongeren die het kunnen betalen, chillen bij McDonald’s.

Maar er is ook aan de lopende band luchtalarm, vooral in de nacht. Rusland vuurt elke dag, ogenschijnlijk in het wilde weg, drones en raketten af op Oekraïense steden. Het is psychologische terreur. Oekraïners hebben een app op hun telefoon die waarschuwt in welke plaats de bommen vallen.

De tijd dat mensen massaal naar de schuilkelder gingen is voorbij. Zonder gevaar is dat niet. Elke dag vallen er doden. Maar de kans dat je de hoofdprijs wint in die macabere Russische loterij is klein. De Oekraïense schrijfster Victoria Amelina schreef er een gedicht over.

Air raids sirens across the country / It feels like everyone is brought out / For execution / But only one person gets targeted / Usually the one at the edge / This time not you; all clear

In de zomer van 2023 was het niet ‘all clear’ voor haar. Amelina raakte zwaargewond bij een Russische raketaanval op een restaurant in Kramatorsk — een oorlogsmisdaad, de zoveelste — en overleed een paar dagen later. Ze was 37.

30 januari, Kiev

De eerste de beste nacht in Kiev zit het hele gezelschap meteen in de schuilkelder van het hotel. Luchtalarm. In de kelder staan nauwelijks bedden. D66-leider Rob Jetten, die enkele dagen met het konvooi meereist, slaapt op de grond.

‘Mensen zijn het moe om te reageren en geven het op', zegt de Oekraïense schrijver Andrej Koerkov een dag later in een café aan het Maidanplein, waar burgers in 2013 in opstand kwamen tegen president Viktor Janoekovytsj toen die onder zware Russische druk de toenadering tot Europa stopzette. ‘Een vriendin van ons, een oudere dame die op de achtste verdieping van een flat in Kiev woont, schreef me dat ze niet meer naar de schuilkelder gaat. Ze heeft de kracht niet meer. Ze zei: “Ik heb geen energie meer om bang te zijn, en kan dus ook niet meer bang zijn voor de dood.”’

Heel Oekraïne kijkt met argusogen naar Donald Trump, die voor zijn rentree als president van de Verenigde Staten snoefde dat hij binnen 24 uur een einde zou maken aan de oorlog. Koerkov ziet dat Trump zo snel mogelijk een deal met Poetin wil sluiten en die Zelensky door de strot wil duwen. ‘Het is erg zorgwekkend.’

Foto: Eddy van Wessel voor het FDFoto: Eddy van Wessel voor het FD

Een door hulporganisatie Protect Ukraine aan het Oekraïense leger geleverde terreinwagen ploegt door de modder richting Russische grens.

Het konvooi slaapt in de grensregio Soemy in een ondergrondse bivak van het Oekraïense leger. Van links naar rechts: de schrijvers Tommy Wieringa, Jaap Scholten en Maurits Chabot van Protect Ukraine. Werkend op zijn laptop, FD-verslaggever Jean Dohmen.

Overdracht van medische hulpmiddelen en een ambulance aan het Oekraïense leger bij Soemy.

1 februari, naar Soemy

Geen van de mannen in het konvooi was zo vaak in Oekraïne als oorlogsfotograaf Eddy van Wessel, een man met donkere krullen en een vintage Leica om zijn nek. Toen de invasie begon, sprong hij in de auto en zette koers richting Kiev. Miljoenen mensen wilden het land uit, Van Wessel wilde erin.

‘Het was een turbulente tijd. In mortuaria lagen de doden op elkaar gestapeld.’ Van Wessel zag het land de laatste jaren veranderen. ‘In het eerste jaar was er optimisme: we gaan de Russen verslaan. Nu zijn zoveel mensen dood. Haat is de drijvende kracht geworden. Mensen zijn de Russen als ongedierte gaan zien.’

Van Wessel loodst de terreinwagen voorzichtig tussen de kuilen in de weg in de richting van Soemy, een provinciestad met een kwart miljoen inwoners aan de Russische grens. Het is de logistieke hub voor de Oekraïense troepen die al zeven maanden een deel van de Russische regio Koersk bezetten.

Verder naar het oosten, weg van Kiev, wordt de sfeer grimmiger. Het aantal checkpoints neemt toe. Langs de route staan pick-uptrucks met zware machinegeweren. Soemy, met zijn rijen flats uit de Sovjettijd, zit na drie jaar oorlog onder de littekens. Twee dagen eerder kwamen bij een Russische droneaanval op een flat negen mensen om het leven.

De eindbestemming is een militaire basis, verstopt in een bos. Het pad erheen voert door decimeters bruine blubber. We slapen in een ondergrondse schuilplaats met een houtkachel. Balken en aarde boven ons hoofd.

De soldaat die ons rondleidt door het kamp, Oleg, werkte acht maanden geleden nog als riskmanager bij een grote bank. Hij verruilde pak en das voor camouflagekleren. In zijn kantoortje hangt een zwarte Kalasjnikov. Laconiek: ‘Cadeautje van een dooie Rus.’

Scholten overhandigt de militairen vijftig drones en de sleutels van drie terreinwagens en een ambulance. Blije gezichten.

In de nacht klinken voortdurend explosies — soms ver weg, soms dichtbij — afgewisseld met het gebrom van overvliegende drones en salvo’s van zware machinegeweren. De hel is vanaf hier een half uur rijden.

Foto: Eddy van Wessel voor het FDFoto: Eddy van Wessel voor het FD

Soldaten van het Oekraïense leger stappen in een pantservoertuig dat hen naar het bezette deel van Rusland brengt.

Ingang van een ondergrondse slaapplaats van het Oekraïense leger bij de bossen van Soemy.

Oleg was riskmanager bij een bank en vecht nu aan het front bij Soemy. Hij beheert de wapenvoorraad van zijn eenheid.

2 februari, Soemy

In een restaurant in de stad spreken we hospik Lubomir, codenaam Tango. Met zijn vriendin, ook hospik, haalt hij gewonden op aan het front in de regio Koersk. De twintiger laat een foto van haar zien: een jonge vrouw met blauwe pluche kattenoren op haar helm kijkt lachend in de camera. De TikTok-generatie trekt ten strijde.

Op zijn telefoon staan ook de video’s die hij met zijn GoPro maakt aan het front. De zoektocht naar overlevenden na de ontploffing van een clusterbom. Een verminkte soldaat die door een explosie zijn handen heeft verloren. Hij krijgt een shot adrenaline, iemand probeert hem vergeefs te reanimeren.

De video is tien dagen oud. Of Tango ‘s nachts wel eens wakker ligt? ‘Nee.’ De horror went.

3 februari, Charkov

Schrijver Tommy Wieringa rijdt met een van de overgebleven terreinwagens naar Charkov. Hij was in 2010 voor het eerst vijf weken in het land. ‘Ik ontdekte wat voor vrolijke, anarchistische mensen Oekraïners zijn. Ik zag ook een diepe behoefte om, na honderden jaren ellende, bij het Westen te horen.’

Hij viel als een blok voor de charme van de kozakken, de ruiters van de steppe die zich door niets of niemand de wet laten voorschrijven. ‘Zij zeiden mij: “Voor een kozak is vrijheid belangrijker dan zijn leven.” In mijn eigen leven heb ik ook nooit iets anders gezocht dan vrijheid. Ik was vroeger een ongeleid projectiel.’

‘Toen Poetin zijn grootschalige invasie begon, wilde ik vechten’, zegt Wieringa. ‘Ik had genoeg woede om het te doen. Maar met mijn 55 jaar was ik te oud.’ Scholten, vriend van Wieringa, belde hem. Nu rijdt hij hier.

‘Kozakkenstad!’ roept Wieringa enthousiast als hij Charkov binnenrijdt. Met meer dan een miljoen inwoners is het ook een kwetsbare stad, met het Russische leger op twintig kilometer van de noordelijke buitenwijken.

De scholen in Charkov gaan ondergronds. Twee weken geleden werd in het centrum een nieuwe, €2 mln kostende bunkerschool geopend die bestand is tegen een aanval met zware Russische S300-raketten. ‘Het is niet onze wens om deze scholen te bouwen’, zegt burgermeester Ihor Terechov die ochtend bij de school tegen een VN-delegatie. ‘Het is noodzaak.’

Het konvooi levert ook medische hulpmiddelen af bij het Oekraïense Vreemdelingenlegioen in Charkov. Het huis aan de rand van de stad, waar een stuk of zeven jonge legionairs wonen, heeft veel weg van een clubgebouw van de scouting, maar dan met machinegeweren. Een Duitse legionair met blond haar kreeg van zijn maten de codenaam ‘Schnitzel’. Een van de mannen heeft geen onderbenen meer.

Ze zijn verrassend open over hun motieven. Een Amerikaanse ex-marinier die in Afghanistan diende kon thuis zijn draai niet meer vinden. Zijn werk als beveiliger van VIP’s vond hij 'boooring'. In Oekraïne voelt hij zich weer nuttig. Een Engelsman verveelde zich dood in het Britse leger en besloot zijn Xbox in te ruilen voor actie. Oekraïne moest hij wel eerst opzoeken op de kaart.

De mannen blijken meer met elkaar gemeen te hebben. In een restaurant in de stad stelt een Ierse militair 's avonds dezelfde vraag aan de drie legionairs tegenover hem: ‘Waar is je vader?’

‘Geen idee.’

‘Heb ik niet’.

‘Nooit gezien.’

Foto: Eddy van Wessel voor het FDFoto: Eddy van Wessel voor het FD

Schrijver Tommy Wieringa op weg naar de Kozakkenstad Charkov.

Een school in een schuilkelder in een arbeiderswijk van Charkov.

Militairen van het Oekraïense vreemdelingenlegioen in hun huiskamer in Charkov.

5 februari, Mykolajiv

De laatste voertuigen — het rode kruis op de witte vrachtwagen is voor alle zekerheid overgespoten — zal Scholten later afleveren in Odessa, een rit van nog eens 700 kilometer. Het is een land van grote afstanden. De focus in het nieuws ligt, begrijpelijk, op de 20% van Oekraïne die door de Russen is bezet. Het niet-bezette deel is groter dan Duitsland of Italië.

Op weg naar het zuiden is er tijd voor een kop thee met Joe, een militair uit Liverpool met een hoofd vol wilde haren, die drones op de Russen afstuurt. Hij verloor een paar weken geleden zijn beste maat door een Russische drone. Joe ontpopte zich tot engel der wrake: ‘We hebben een fucking clusterbom op het huis gegooid waar ze zaten. En de huizen eromheen hebben we voor alle zekerheid ook opgeblazen.’

De oorlog heeft hem hard gemaakt. ‘Het doden van Russen is als het doodslaan van vliegen. Er zijn steeds weer nieuwe.’

6 februari, Odessa

Op de klapstoeltjes in de ijskoude ondergrondse foyer van het muziektheater van Odessa blazen vijftig Oekraïners in dikke winterjassen ademwolkjes voor zich uit. Sopraan Daria Serdyuk, gekleed in een lange jurk met blote armen, zingt haar aria naast een gloeiende terrasverwarmer.

Zes dagen geleden sloegen in het historische hotel aan de overkant van de straat ballistische raketten in. Het gerucht gaat dat de Russen dachten dat Zelensky er logeerde. Ook het 127 jaar oude muziektheater liep bij de aanval in het hart van de havenstad flinke schade op. Daarom staat Serdyuk nu hier.

‘Onze stad en onze dorpen liggen onder vuur. Iedere dag sterven soldaten, kinderen en volwassenen’, zegt Anna Rosen, de musicoloog die het concert inleidt. De concertgangers gaan staan. Minuut stilte.

De kroonluchters aan het plafond flikkeren aan en uit. De Russen schieten niet alleen historische hotels, maar ook energiecentrales kapot.

Poetins leger kon Odessa niet veroveren. De Russen bestoken de stad aan de Zwarte Zee onophoudelijk met drones en raketten, maar Odessa geeft geen krimp. Ook het bijwonen van een concert is een kleine daad van verzet.

Na de laatste klanken van de sopraan volgt een ovationeel applaus. De Odessieten klappen zich warm, onzeker over de toekomst.

De namen van de Oekraïense militairen in dit verhaal zijn op verzoek van Protect Ukraine aangepast om hun identiteit te beschermen. Om dezelfde reden zijn de gezichten van duidelijk herkenbare militairen geblurd.

Protect Ukraine

De stichting Protect Ukraine steunt sinds maart 2022 het Oekraïense leger met ‘niet-dodelijke’ hulp. Het gaat om voertuigen en medisch materiaal, maar ook om voetenwarmers, waterfilters, drones, batterijen, antennes en Starlink-sets. Het meeste wordt rechtstreeks bij Oekraïense ngo’s, militairen en medici afgeleverd. Daarnaast steunt de uit vrijwilligers bestaande ANBI eerste-hulptrainingen en de opleiding van dronepiloten.